vrijdag 19 augustus 2011

Gietproces

3DGietproces gebaseerd op reproductie

‘Drinkgerei, alles waar je uit kunt drinken.’

1. Zoeken en ontwerpen
Beker, bierpul, flesje, kopje, kom, mok, veldfles etc.
• Je kunt gebruik maken van verschillende soorten materialen en gebruiksvoorwerpen zoals bakjes, hout, plastic flesjes, etc.
• Van waaruit ontwerpen? Welke drank? Welke manier van vastpakken? welke leeftijd of doelgroep?
• Je kunt ook denken of je het kunt stapelen, opbergen, of je wilt nippen of slurpen?
• Wanneer je de vorm kiest kun je al gaan denken in materiaal. Bijvoorbeeld een organische vorm kun je boetseren van klei.
• Materiaal; Gips, klei, hout, textiel, tempex, pc pijp, dmv een object vacuüm zuigen.
• Wanneer je klei gebruikt geen schellak gebruiken. Wel gebruik je de schellak op andere materialen.
• Als je object met schellak behandeld moet worden heb je ook zeep nodig (klei niet). Zeep heb je dan nodig om je object uit de mal te krijgen.

2. Origineel maken
Het origineel moet massief zijn. Ik wil een theemok maken die lekker in de hand ligt. Het is een organische vorm die ik heb geboetseerd uit klei. Klei krimpt 6% vanwege het bakken. De theemok moet staan en daarbij moet je letten op een staanrand in je origineel. De staanrand is handig en nodig omdat je het object gaat glazuren en bakken. De klei moet leerdroog zijn voordat je er een mal van kunt maken.
Leerdroog is wanneer de klei stevig en hard aanvoelt en toch kun je de vorm nog goed bewerken. (object in een dichte zak bewaren en als de klei meer moet aandrogen zet je de zak open, enkele dagen)

3. Mal maken
Voorbereiding

Door gaan we dan, van mijn prototype een mal maken.
• Klei moet leerhard zijn.
• Geen schellak nodig.
• Zeep wel voor op de tafel en de planken van de mal.
• Lijnen op prototype zetten. Bepaal het midden, lijn over het midden en een lijn( ronde) aan de onderkant. Deze lijnen heb je nodig voor het bepalen tot hoever je het object dicht boetseert met andere klei. (voor je eerste gedeelte van de mal)

• In mijn geval bestaat mijn mal uit drie gedeelten. 2 zijkanten en een onderkant.
• Van klei maak een soort plateau van 2 cm dik. Dit wordt straks je schenkrand.
• Het ontwerp leg je waterpas, horizontaal en tot aan de middenlijn klei je het object dicht. Minimaal 3 cm ieders zijde, omdat je object in de klei, tussen 4 planken met klemmen komt te staan. Tafelblad met zeep insmeren voordat je het object tot aan de plank dicht gaat kleien.
• Zeep zorgt ervoor dat je de klei straks makkelijker van de tafel af krijgt.
• Planken met klemmen bevestigen in kruisvorm.
• Gleuven dicht kleien, binnen- en buitenkant (grens tafelblad en plank). Anders loopt de gips er tussendoor en dan heb we een gevalletje van incontinentie te pakken.
• Wanneer je klaar bent met de klei kun je de planken insmeren met zeep, niet op je klei object.


Gips maken
• Let op de verhoudingen van gips en water. Bereken hoeveel je nodig hebt. Hoe? LxHxB = gewicht in gips op bijvoorbeeld 1 liter water.
• Weeg gips af op de weegschaal en pak de hoeveel water wat je daarvoor nodig hebt.
• Nu eerst alles klaarzetten; 2 emmers, een emmer met de benodigde hoeveelheid water, gips en zeef. En niet te vergeten de tijd.
• Een klasgenoot die je even helpt is erg fijn.
• Stap 1; strooi voorzichtig, tussen je handen wrijvend, het gips in het water. Stap 2; Laat 3 minuten staan.
Stap 3; Na 3 minuten voorzichtig met je hand erin draaien, nogmaals niet teveel bewegen want dat versnelt het proces. Let ook op luchtbellen.
Stap 4; Wanneer de massa glad en egaal is kun je gips voorzichtig door de zeef overgieten in de andere schone emmer. Giet nu samen met je klasgenoot het gips in de mal (object met klei, eerste kant van de mal). Je klasgenoot kan voorzichtig gieten en zelf kun je je hand onder de straal houden zodat je deze ook kunt sturen. Tegelijkertijd blaas je zachtjes de luchtbellen eruit.
Stap 5; Kijk of de gips niet tussen de gleuven komt. Nu kun je alles schoonmaken en laat je de gips ongeveer 45 minuten staan (wordt warm en hard).
Na 45 minuten controleren of de gips goed is; dit kun je doen door er op te kloppen. Als er geen deuken in komen is je eerste gedeelte van de mal klaar.
• Klemmen, Klei en planken verwijderen. Schoonmaken.
• Probeer de klei met de gips er bovenop voorzichtig los te wrikken van de tafel. Als het goed is moet het goed verlopen omdat je tafel van te voren met zeep behandelt hebt. Anders gebruik je een plamuurmes.
• Klei van je object afhalen en de gipsmal laten zitten. Eventueel je object schoonmaken. De donkere klei kun je weer terug in de emmer doen.
• Nu kun je de andere zijde gaan maken, tweede gedeelte van je mal.
• In je eerste mal maak je ‘sloten’, zodat de gedeeltes elkaar goed gaan afsluiten. Want je mal is een soort puzzel. Gaten maak je dmv een guts of mesje etc. Laat de sloten iets wijd uitlopen zodat straks de gedeeltes goed van- en in elkaar kunnen worden gezet.
• Je eerste gedeelte met object tussen planken zetten, dicht klemmen, gleuven met klei dichtmaken, zeep smeren op de planken en gips aanmaken. Op de sloten en op de gips ook zeep! Niet op het klei- object!
• Gips weer in de mal gieten, 45 minuten wachten en dan is je tweede gedeelte klaar.
• Wanneer je de 2 zijkanten hebt gegoten, object laten zitten, maak je ‘sloten’ op de breuklijn.
• Gedeelte 3; de onderkant. Als het goed is zie je de onderkant van je object met staanrand. Mocht dat niet zo zijn, vanwege gips, dan schraap je rustig diagonaal met een metalen lat over de gips. Als het goed is komt de onderkant tevoor schijn. Ook gebruik je deze manier om de lagen egaal te maken.
• De twee gedeelten tussen planken en klemmen zetten, gleuven afdichten met klei, gips aanmaken en gieten.
• Nu heb je een blok van drie gedeelten in mijn geval; 2 zijkanten en een onderkant met sloten.
• Object verwijderen uit de mal; Tik voorzichtig met een hamer en een ijzeren liniaal op de breuklijnen/ gleuven om de delen van elkaar te krijgen.
• Object eruit halen
• Delen van de gipsmal schoonmaken met een zacht doekje en water.
• Delen weer in elkaar zetten.
• Hoeken afronden met de rasp.
• Met banden de mal strak aantrekken, zodat de mal potdicht zit. De banden niet dicht knopen, krijg je bijna niet meer los. Hoe span je die banden? Begin vasthouden en dan onderlangs en bovenlangs de banden spannen over het begin. Het beginpunt blijft daardoor op zijn plek. Nu wikkel je door, onder spanning houden, en het einde maak je vast door verschillende lagen van de banden vast te rijgen.
• De mal is klaar!
• De mal laten drogen in de droogkast; 24 – 48 uur.
4. Gieten
Je hebt keuze uit porselein en aardewerk.
In dit geval kies ik voor aardewerk gietklei.
Emmer van 6 liter.
• De emmer gietklei onder de boor. Deze mengt de gietklei tot een vloeibaar mengsel. Wanneer deze te dik is, de gietklei dunner maken. Vraag hiervoor de werkplaatsassistenten.
• Ongeveer 10 minuten laten draaien. De emmer af en toe bewegen, draaien en even tegenaan kloppen.
• In deze tijd maak je de mal start klaar. Zorg dat je mal stofvrij is. Banden erom heen, op draaischijf plaatsen en een balkje pakken.
• De emmer verwijderen.
• Nu kun je de gietklei in je mal gieten, zodat de gietklei in de gietrand staat.
• Omdat je de mal op de draaischijf hebt gezet kun je de mal zachtjes laten ronddraaien. Het draaien hoeft alleen in het begin zodat de moleculen zich mooi verdelen en je krijgt hierdoor een egaler resultaat.
• Per mal is verschillend hoelang de gietklei erin moet. Dit is een kwestie van uitproberen. Het kan variëren van 10 tot 20 minuten en misschien wel langer.
• Na ongeveer 10, 15, 20 minuten giet je de klei weer terug in de emmer.
• De mal plaats je met de schenkrand op de tafel en schijn op de balk. Dit zodat de overbodige gietklei eruit kan druppen en je een egale binnenkant krijgt.
• Na 10 minuten op de kop en schijn te hebben gestaan (ook dit kan variëren) kun je mal weer recht op zetten op de draaischijf.
• Nu kun je de gietrand eraf snijden met een krom aardappelschil mesje.
• Nu zie je als het goed is de bovenkant van je eerste kopje, mok etc.
• De mal laat je dicht zitten. De tijd van de mal loshalen kan ook variëren. Dat kan misschien al na een half uur, uur, halve dag, dagen. Hoe langer je wacht hoe harder je object wordt. Wanneer deze er kort in zit is het nog zacht en makkelijk te bewerken. Met als nadeel dat het ook kan indeuken etc. Ook in deze fase is het uitproberen, hoelang je wacht en wat je wilt of wat je fijner vindt.
• Na een gekozen tijd verwijder je de banden van de mal, mal voorzichtig van elkaar afhalen en ….oordeel! Je eerste drinkobject is klaar!


• Dit is je eerste keer dus je kunt gaan uitproberen welke tijden bij welke fase het object het best wordt.
• Tip; Het kan zijn dat je mal tussentijds in de droogkast moet. Dit vanwege het feit dat je mal vochtig wordt van het gieten. Het kan ook zijn dat je na de eerste keer gieten denkt dat de mal bijvoorbeeld niet helemaal glad is aan de binnenkant, deze zou je kunnen aanpassen. Maar pas op en vraag bij twijfel de docent of de werkplaatsassistenten voor advies.

5. Bewerking met engobe
Eerst ga je de objecten afwerken met mesjes, schuren, horizontaal maken, glad maken, wanneer wenselijk etc. Je hebt allerlei soorten materialen (sponsjes, doekjes, mesjes etc.) om je objecten af te werken en klaar te maken om te gaan werken met engobe.

Je kunt gaan experimenteren na de afwerking; zoals krassen in je object, of in de engobe. Je kunt de binnenkant van je object met een kleur behandelen. Dit kun je doen door engobe poeder in een afgemeten gietklei te mengen en dat dan gieten (vraag na hoe precies).

6. Bakken
7. Glazuren en weer bakken.




Benodigde materialen;



Het prototype gemaakt van klei;



Diverse foto's van het proces;









Geen opmerkingen:

Een reactie posten